DE FOSSIELEN VAN OVERLAAR


Graag wil ik in dit hoofdstukje iets vertellen over de gevonden fossielen van Hoegaarden.

Deze tekst is een weergave van een gesprek met Prof. Dr. R. Vanhoorne door toedoen van de

Heer August Palfliet, opgenomen door de B.R.T. ten huize van Michel Smeyers.

Voor de aanleg van de autosnelweg E 5, nu E 40, die Brussel met Luik verbindt moest op een vijfhonderdtal meter ten westen van het gehucht Overlaar, op het grondgebied van de gemeente Hoegaarden, een heuvelkom doorstoken worden. Bij deze graafwerken kwam in het jaar 1970, op een diepte van 7,5 m een fossiel woud aan het licht. Enkele bomen lag misschien in de verwachtingen, maar nu dook een heel bos op.

De versteende boomstronken stonden alle ingeplant in een 10 cm dikke bruinkoollaag wat er op wees dat de gefossiliseerde bomen ter plaatse zijn gegroeid.

De onderzochte specimens behoren tot de groep der Coniferen (kegel dragende naaktzadige).

De bruinkoollaag met de versteende bomen werd afgezet in het begin van het Tertiaire Tijdperk en meer bepaald in het Landeniaan (basis van het Eoceen), waarvan de ouderdom op 70 tot 100 miljoen jaar wordt geschat.

Het voorkomen van versteende bomen in het Landeniaan van dit gebied is reeds van oudsher bekend.

Een exemplaar, eveneens herkomstig uit Overlaar, prijkt in de paleobotanische toonzaal van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen te Brussel. Via volgende website kan je deze instantie via het internet bereiken : www.natuurwetenschappen.be

Men kan zich het plaatselijk landschap te dien tijde voorstellen als een moerassig gebied, begroeid met een dicht oerwoud, terwijl het klimaat een subtropisch karakter vertoonde. De zee was toen niet ver afgelegen vermits ook marine afzettingen uit het Landeniaan in België voorkomen.

Alle verhoudingen in acht genomen, kan men misschien een vergelijking maken met de moeraswouden uit het deltagebied van de Mississippi in Louisiana, waar heden ten dage de bomen, met uitzondering van een korte tijd rond de maand september, het hele jaar om zo te zeggen met de voeten in het water staan.

Op te merken valt dat in het Landeniaan de mens nog niet op de wereld was verschenen en de zoogdieren zich maar eerst in het aanvangsstadium van ontwikkeling bevonden.

Al de grond van de uitgravingen in Overlaar werd tussen de brug aan de kapel in Oorbeek en de brug van Hoxem aangevoerd zodat de versteende boomstronken er zo maar voor het rapen lagen. De Heer Michel Smeyers, gepensioneerd landbouwer ging er de mooiste exemplaren uitzoeken, en bracht alzo een bezienswaardige verzameling tot stand.

Vandaar dat de cameraploeg van de B.R.T. ten huize van Michel Smeyers de opname en het interview met Prof. Dr. R. Vanhoorne maakte.

Bij de aanleg van de Hogesnelheidslijn of H.S.L

Zoals in 1970 voor de aanleg van de autosnelweg, moest eind 2000 de heuvelkom in Overlaar opnieuw doorstoken word voor de aanleg van de H.S.T.

Hierop hadden de bevoegde instanties zich ditmaal op voorbereid zodat ditmaal niets meer verloren zou gaan.

Uit het verleden wist men dus goed dat men opnieuw zou stuiten op versteende boomstronken en daardoor werd de werkwijze van opgraven grondig veranderd. De opgraafwerken werden volledig afgesloten voor de nieuwsgierigen. Bij deze werken en bij de opgravingen werd veel minder ruchtbaarheid gegeven als in het verleden.

 

Hieronder een foto van de pas aangelegde autosnelweg

 

 

Hieronder de doorgang voor de afvoer van het water van de velden Hautem en Galgeveld via de grote rioolkoker onder de E40 en later ook HST


 

Bij de werken voor de HST in maart 2000 en onder ruime mediabelangstelling werden de versteende bomen vanonder de klei- en siltlaag vrijgegraven. Dat dit een moeilijke karwei moet geweest zijn hoeven we zeker niet uit te leggen als je bedenkt dat sommige bomen tussen de 500 en 1.000 kg wogen. Sommige boomstronken werden ter bewaring dan ook ter plaatse in doeken gewikkeld en daarna van een gipslaag voorzien voor ze werden uitgegraven. Enkele bomen verhuisden zo naar het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen in Brussel en een ander exemplaar ging naar het Museum Naturalis in Leiden. Daar kregen ze een speciale behandeling, ze werden doorgezaagd en een gedeelte werd met een diamantzaag in flinterdunne schijfjes gezaagd om deze nadien dan microscopisch te kunnen ontleden. Uit deze deeltjes kon men afleiden dat het hier ging om overblijfselen van wat ooit moerascipressen waren. Hogervermelde gegevens werden nu bevestigd dat het hier ging om de overblijfselen van 54,9 miljoen jaren oud subtropisch moerasbos. Ook in Oorbeek, Overlaar en Wommersom waren gelijkaardige resten gevonden, wat erop wees dat het bos aanzienlijk groot moet geweest zijn. De omzetting van boom tot versteende boom is volgens de deskundigen een proces dat zeer langzaam verloopt. Maar men stootte niet alleen op deze bomen maar ook dikke verkiezelde zandsteenconcreties.

 

Deze "Kwartsieten van Tienen" werden vroeger eerst als bouwsteen ontgonnen en later als straatsteen gebruikt, zoals we deze terug vinden bij het oud kerkje van Overlaar.

 

Ook de vroegere stelling van hierboven dat de zee tot hier reikte wordt nu nogmaals bevestigd. Eb en Vloed schuurden in de regio een grote geul uit, als nadien het waterpeil steeg met ze opgevuld met groen grof zand dit gebeurde in de periode van het Eocene tijdvak. De laag zand die zich toen vormde noemen de geologen de Formatie van Brussel. Bovenop deze laag ligt een 5 meter dikke laag fijnkorrelig, kleirijk zand: het Zand van Grimmertingen genoemd, en behoorde tot het Oligeoceen en is ongeveer 33 miljoen jaren oud en behoort tot de zogenoemde Formatie van Sint-Huibrechts-Hern. De bovenste en jongste grondlaag bestaat uit Brabants Leem en werd aan het einde van de ijstijd door de wind afgezet, dit gebeurde zo'n 23.000 à 15.000 jaar geleden. Uitgebreide documentatie is dan ook te verkrijgen bij het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen te Brussel

Nadien heeft de gemeente Hoegaarden de nodige infrastructuur werken gedaan om de opgegraven vondsten te kunnen tentoonstellen voor een breed publiek. In 2003 heeft men deze site opengesteld onder de benaming Geosite "Goudberg" Hoegaarden. Een bezoek aan deze unieke site is zeker en vast de moeite waard. Hiervoor neemt men best contact op met het gemeentebestuur van Hoegaarden. Op het internet kan men reeds een aantal gegevens terugvinden via volgende websites :

 

www.plattelandsontwikkeling.be/Mediatheek/Persberichten/030620+geosite ...

www.vlm.be/Mediatheek/Persberichten/030611+Hoegaarden.htm